Deze dagen doen je weer denken. Omdat je er tijd voor hebt, tijd voor maakt. Je ontdekt weer een stukje van je eigen manier van werken.
Ik liep een interessante opdracht mis. Net voor Kerst hoorde dat ik de opdracht om de sociaal-economische ontwikkelpool voor de reconstructie in Overijssel niet kreeg. Mijn offerte, als een van de vijf!, had het net niet gehaald. De opdracht bestond eruit om met een paar goede mensen, een sterk team, samen met initiatiefnemers tot projectuitwerking te komen. Een opdracht die me op het lijf gesneden is. Blijkbaar is dat niet overgekomen, want ik kan me niet voorstellen dat anderen daarin beter zijn.
Waar ben ik goed in, waar moet een opdrachtgever mij voor hebben? Geef me een aantal losse elementen, dingen, mensen, stukjes van het probleem en van de oplossing, gedachten, instrumenten en laat toe, sterker nog, formuleer dat er wat nieuws uitkomt wat in de richting komt van een werkbare oplossing. Centraal daarin: stukjes en delen en vertrouwen en waardering dat het goed komt. De ideale setting voor een adviseur die meer doet dan adviseren maar die zich ook als een ontwikkelaar, begeleider van processen opstelt.
Want waarin heb ik het afgelopen jaar het meeste schik en succes behaald: met de IJsselhoeven, met het verhaal voor Noordoost-Overijssel, het onderzoek in het kader van URBAL. Werken met heel veel losse einden, 'losse' mensen, stukjes van de werkelijkheid, met een gebied dat zichzelf niet kent en waardeert. Maar ook, werken met een club mensen die je mag en die je vertrouwt. Ruimte krijgen (of soms nemen) om tot oplossingen te komen, niet weten waar je uitkomt maar wel weten dat je tot een goed resultaat kunt komen. Op zo'n moment stop ik er dan ook extra veel energie in, gewoon omdat het een kick geeft, het proces en het resultaat.
Soms zijn processen moeilijker, vooral omdat je te weinig stukken hebt om mee te spelen of die stukken niet zelf in handen hebt: de recreatie-uiterwaard Stobbenwaard is vooralsnog zo'n verhaal: de belangen nog niet goed in kaart gebracht, de mensen nog niet gemobiliseerd. Een belangrijke onbekende en ongrijpbare factor en partij, is Rijkswaterstaat, de PKB - de naam alleen al -. Ook in Dalmsholte moet ik nog de versnelling krijgen, want ook daar heb ik voor mijn eigen stuk wel een overzicht, maar het moet passen in een geheel van voorstellen waar ik te weinig over te zeggen heb. En bij de Petrus Hoeve liep het helemaal mis, omdat die teveel op (ook fysieke) afstand was. Mijn fout.
Dus, die creativiteit gebruiken en genereren, van waaruit oplossingen, samen met mensen die het aangaat, als vanzelf naar voren komen. Klinkt abstract, maar de HX projecten moeten het duidelijk maken.
Heb nu zoveel ervaring, dat ik succes wel of niet moet kunnen verzekeren.
Daaraan dacht ik ook nu Lies en ik deze dagen weer met erg veel plezier van Heimat I hebben genoten, alle 11 episodes. Het meesterwerk van Reitz dat we 25 jaar geleden voor het eerst in een marathonzitting bij de VPRO zagen.
Nu bekijk je het tegelijk als een verslag van gebeurtenissen, van de ene scène naar de volgende. Maar je ziet het ook als een episch verhaal: de opbouw, de ontwikkeling van de karakters, die geweldige Maria. Je (Lies meer dan ik) ziet het als een verhaal vol symboliek: foto, film, glas. Maar ik merk dat ik er ook naar kijk als een documentaire van het 'eigen' leven: de dingen en gebruiken, de manier van kijken, de wijsheid en onwijsheid. Je kunt dingen plaatsen en kunt soms voorspellen wat gaat gebeuren, je hebt het zelf meegemaakt of meebeleefd. Dat is een wijsheid die nu goed te gebruiken is, de wijsheid van het leven.

In mindere mate had ik ook zo'n ervaringen bij het lezen van 'Een jongen van het dorp' van Chris van Esterik, dat ik deze dagen las. Het boek gaat over de laatste 100 jaar in Ingen, een dorp in de Betuwe, aan de hand van veel verhalen van mensen. Ook hier weer voor een stuk mijn eigen leven. Vooral dat stukje over de definitieve economische omslag in de fruitteelt eind jaren zestig die ik zelf meemaakte bij het plukken en snoeien in de Bongerd van 'Sraar van Laar' in Maasbree. Een goed boek zeker als je in de IJsselvallei woont en met gebiedsontwikkeling bezig bent. Jammer dat het boek uiteindelijk steeds prekeriger wordt en je af en toe oproept om mee te zwelgen in de nostalgie van weleer en het behoud van het dorpseigen en zo. Een vreemd soort populisme.
Wel bedacht ik toen ik het boek aan het lezen was, dat we in het handboek IJsselhoeven, dat we nu maken, node een deel missen over de sociale geschiedenis verbonden aan de IJsselhoeven: de grote en kleine boeren, de arbeiders, de steenfabrieken, de bepalende figuren in de IJsselvallei,de verhouding tussen dorpen en buurten, etc. Een schone taak voor de volgende fase van het project.